GCBlog 1

GCBlog 1 

20 november 2023 / Wesley Pechler / Fractievoorzitter en raadslid Partij van de Dieren / Gemeente Groningen 

Wesley Pechler (1993) is opgegroeid in Scheemda en Winschoten, waar hij als kind al meedeed aan WNF Rangeracties en zich inzette voor dieren en de natuur. Sinds zijn 16e is hij  actief voor de Partij voor de Dieren, en in 2011 was hij een van de jongste kandidaat-statenleden van de provincie Groningen.

Voor het eerste blog van collegejaar 2023-2024 heeft Wesley een blog geschreven over de vraag of dieren rechten hebben. Dit blog is een voorproefje van de eerste editie van het GCB. 

melief_foto_civilistenblad.jpg

Hebben dieren rechten?

Filosofen twisten al eeuwen over de vraag of dieren rechten verdienen. In de 17e eeuw vergeleek Descartes dieren met machines - alhoewel ze een lichaam hebben en bewegen, hebben ze volgens hem geen bewustzijn of ziel. In een brief aan zijn tijdgenoot Henry More schreef hij: "Deze opvatting is bedoeld om mensen te verlossen van een schuldgevoel als ze dieren doden of eten”. Het zal u niet verbazen dat ik Descartes’ opvatting, als fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in de Groningse gemeenteraad, niet deel. 

Begin dit jaar bezocht ik Melief, een stichting waar gedumpte en van de slacht geredde dieren vrij en naar hun eigen aard kunnen leven. Het is ontroerend om met eigen ogen te zien dat kippen, varkens en koeien allemaal hun eigen persoonlijkheid hebben. Sommige houden van aandacht en geaaid worden, anderen scharrelen liever rond op een afstandje. En allemaal mogen ze oud worden. 

De 18e eeuwse filosoof Jeremy Bentham stelde: “De vraag is niet of dieren kunnen denken of praten. De vraag is: kunnen ze lijden?” Talrijke wetenschappelijke onderzoeken hebben sindsdien aangetoond dat dieren inderdaad kunnen lijden. En meer. Dieren voelen, hebben emotionele banden en tonen empathie. 

Alhoewel de staat sinds de Wet Dieren van 2013 de intrinsieke waarde van dieren erkent, heeft dit tot op heden weinig concrete gevolgen gehad voor de 600 miljoen dieren die jaarlijks in Nederland worden geslacht. Als mensen hun huisdieren permanent zouden opsluiten in hokken zonder daglicht, zonder hen de kans te geven om hun natuurlijke gedrag te vertonen, zonder verdoving hun staarten of snavels zouden afknippen, zonder hen adequate medische zorg te geven, en ze zouden vermoorden voordat ze de kans hadden gekregen om oud te worden, zou dit tot grote morele verontwaardiging leiden. En terecht. Maar waarom is die verontwaardiging beperkt tot dieren die naast ons op de bank zitten? Waarom delen mensen, zelfs zelfbenoemde “dierenliefhebbers”, dieren op in groepen? De ene groep is om te aaien, de andere om in stukken te snijden en op te eten. 

Hetzelfde speciësistische principe zie je bij bedreigde diersoorten. Een moederloos olifantenjong dat zijn ouders is verloren aan stroperij is zielig, een kalfje dat gemiddeld na zes uur wordt weggehaald bij zijn moeder omdat haar melk wordt opgeëist door mensen is normaal. Mensen kijken weg van het lijden van individuele dieren, tot er door menselijk toedoen nog maar zo weinig over zijn dat het schuldgevoel door begint te sijpelen.

Het instrumentele gebruik van dieren - voor vermaak, vervoer, consumptie of als testobject - toont aan dat dieren in onze samenleving nog altijd worden behandeld in lijn met Descartes’ opvatting. Daadwerkelijke erkenning van de intrinsieke waarde van dieren begint bij de erkenning dat dieren rechten verdienen. De commissie Brambell stelde in 1965 vijf eisen voor dierenwelzijn vast - het voorstadium van dierenrechten. Dieren moeten vrij zijn van honger en dorst, fysiek ongemak, pijn en verwonding, angst en chronische stress, en vrij om natuurlijk gedrag te vertonen. De veeindustrie, proefdierindustrie en dierentuinen zijn hiermee fundamenteel onverenigbaar. 

Mensenrechten beschermen mensen. Het is tijd dat beleidsmakers en mensen die strijden voor rechtvaardigheid beseffen dat dieren diezelfde bescherming van het recht verdienen. Alternatieven voor het gebruik van dieren zijn er al op elk gebied, maar de radicale systeem- en cultuurverandering die daarvoor nodig is, komt te traag op gang. Terwijl alle dieren uit de vee-industrie een leven in een sanctuary als Melief verdienen.